Blijft het fosfaatplafond in de melkveehouderij heilig en hoe worden die miljoenen dan “wettelijk” geregeld? Zo weer een herhaling van deze vragen naar aanleiding van enkele nieuwe publicaties in de vakbladen. Binnen de zuivelsector is de “vrijwillige” afspraak gemaakt dat de fosfaatproductie van de melkveehouderij richting 2020 beneden het fosfaatplafond van 2002 blijft. Dat is 84,9 miljoen kilo fosfaat voor melkvee en jongvee tesamen, volgens toen NZO, LTO, Nevedi en VLB (overigens waarom geen NMV erbij?).
Stand van zaken 2013 volgens CBS
De fosfaatproductie in dierlijke mest steeg in 2013 naar ruim 165 miljoen kilo (+3%); het “wettelijke” derogatieplafond is gebaseerd op 2002 en bedraagt 172,9 miljoen kilo fosfaat. De fosfaatproductie van melkvee en jongvee tezamen steeg naar 81,1 miljoen (+6%), waarbij het “vrijwillige” sectorplafond op 84,9 miljoen kilo is gesteld (basis 2002). Mag de melkveehouderij nu nog maar 4 miljoen kilo groeien of is er toch nog ruimte voor minimaal 8 miljoen kilo groei, als de varkenssector en de pluimveesector tot stilstand komt of zelfs afneemt? Bij varkens is de fosfaatproductie licht gedaald, door een daling van het aantal varkens. Maar bij pluimvee steeg de fosfaatproductie in 2013, juist door een stijging van het aantal legkippen! In de melkveehouderij zijn het aantal melkkoeien en het aantal jongvee nu al fors gestegen op aangeven van genoemde zuivelsector, met het oog op het verdwijnen van het melkquotum vanaf 2015. Bij ongewijzigd beleid groeit de fosfaatproductie in de melkveehouderij zelfs naar 90 miljoen fosfaat in 2020 en verliezen we zeker onze derogatie in EU-verband!
Meer melk betekent ook meer mest
Meer melk betekent ongetwijfeld meer mest, dus extra grondaankoop of 100% extra mestverwerking voor deze extra productie. Mestverwerking betekent “wettelijk” gezien buiten de landbouw afzetten of exporteren; veel melkveehouders beseffen dit helaas nog niet. Dit wordt een harde eis per 1 januari 2015 in de nieuwe wet “Verantwoorde groei melkveehouderij”, die nog naar de Tweede en Eerste kamer moet! Kees Romijn (LTO) erkent dat het fosfaatplafond van 84,9 miljoen kilo fosfaat een harde bovengrens is, waaraan de sector zich moet houden, maar het alternatief is dierrechten of fosfaatrechten op het fosfaatniveau van 2012. De Nederlandse overheid zou zo kunnen ingrijpen als de grens van 84,9 miljoen kilo fosfaat wordt gepasseerd. Iedere boer krijgt nu in het najaar bij bovengenoemde melkveewet zijn/haar referentie op het gebied van mestproductie, plaatsingsruimte en eventueel mestoverschot. Vooral door het tegenvallende voerspoor kwam het fosfaat uit op 81 miljoen kilo in plaats van 79 miljoen in 2013; wel is er al een slag gemaakt, doordat tweederde van de melkveehouders meedoet aan BEX (Bedrijfsspecifieke Excretie), aldus Kees Romijn.
Ik blijf erg benieuwd of de melkveesector maar 4 miljoen kilo fosfaat “vrijwillig” mag groeien of dat er toch gebruik gemaakt kan worden van de minimaal 8 miljoen kilo uit de “wettelijke” derogatienorm van alle sectoren tesamen. Wie van LTO en ZuivelNL (of NMV) het weet mag reageren!
ir. Ad Merks
(communitymanager)